home

B&G

  • B&G
  • kinderen
  • kleinkinderen

auto

  • TOY
  • BusCA
  • TOY in 't zand
  • toyota hzj78
  • hzj extreem
  • ons bussie
  • keuze toyota

voorbereiding

  • website
  • kamperen
  • gezondheid
  • documenten
  • proviand
  • gereedschap
  • kaarten en boeken
  • apparatuur
  • gps

FAQ

  • algemeen
  • tips
  • bandenspanning
  • afrika
  • rusland/mongoliĆ«
  • australiĆ«

reizen

gastenboek

  • lezen
  • toevoegen
Australia 2013
::
perth melbourne
  • algemeen
  • perth melbourne
  • tasmania
  • de-sydney-tour
  • deserts 3
  • deserts 4
  • deserts 5 (csr)
  • top end
::
reisverslag
Australia 2013 :: perth melbourne :: reisverslag
 
 
Zaterdag 2 en zondag 3 februari 2013 - De Vlucht Enzo 
 
Half zes begint de dag na een korte nacht. In Bergschenhoek ontbijten we en Bas en Olivia brengen ons naar Schiphol. De laatste knuffels en dan is het afscheid nemen eindelijk afgelopen! 
 
Met 4,5 kilo teveel aan bagage raken we zonder problemen ingecheckt. De lange vlucht naar Kuala Lumpur brengen we door als harinkies-in-een-tonnetje. Maar we zijn zo moe dat we, zelfs ik, heel behoorlijk slapen. 
Twee wachturen in KUL en zes uur vliegen naar Perth! 
Het zit mee. Het meegezeulde Toyota-onderdelen-magazijn gaat soepeltjes langs de douane. En dan duiken we pardoes de warmte van Perth in. 
John en Di pikken ons op. In Mandurah genieten we om te beginnen van de aanblik van TOY en van de eerste warme buitenavond. Dat doen ook een zootje muggen. Die hebben wel zin in dat frisse Hollandse bloed! Tjèk! 
Maar niets maakt meer uit, als we om tien uur instorten en als een blok in slaap vallen. 
 
Maandag, 4 februari 2013 - TOY-Optuig-Dag 
 
Wonderlijk goed voelen we ons. G maakt TOY gebruiksklaar. Lekker bijklep- en bijkomdagje.
 
Dinsdag, 5 Februari 2013 - De Airco
 
Warme dag. G vertrekt vroeg naar de afspraak om de airco voor eens en altijd, nou ja... voor de komende tien jaar, op orde te maken. Alle onderdelen worden gloednieuw en nu allemaal tegelijk en helemaal volgens de ons inmiddels bekende regels gemonteerd. Voor een deel sleutelt G himself en voor de rest houdt hij de gang van zaken met argusogen in de gaten. Dat komt dus wel goed. 
John, Diane en ik gaan met buurman Kevin bootje-varen-theetje-drinken in de waterrijke omgeving. Het theetje is koffie met taart door Diane gebakken. Aan de kanalen liggen gigavilla's. De meeste zijn in gebruik als weekendhuis. Mét een "bootje" natuurlijk. 
Even een rondje Indische Oceaan en dan is het tijd voor de lunch. Thuis dus. Lekkere soep. Diane wordt blij van koken en mensen verwennen, zoals ze zegt. Dat leidt ook nu tot een heleboel blijdschap. 
 
Na zessen is G terug. Opgewonden. De airco is fantastisch, maar de prijsafspraken bleken zo vast als een ijsje in de tropische zon.  
Tussendoor heb ik contact met Eva, Ella, Jovita, Ria, Trudie, Nelle, Mirre en Bas via het internet (Ruzzle, wf, mf). En op FB volg ik de rest van de familie en vriendenkring. Leuk! 
We vertalen voor de zekerheid het rijbewijs en de autopapieren in het Engels. Kan dat morgen geen problemen geven. 
 
Woensdag, 6 februari 2013 - Het Carnet en andere Gewichtige Zaken 
 
We vertrekken vroeg naar Fremantle (aan de kust bij Perth). En ach ja, zo gaat dat hier. Dit mag dan het Customs House zijn, cliëntcontact is er niet. In een lege ruimte zijn telefoons, waarmee je de douane kunt bellen. Voor ieder specifiek thema is er een telefoonnummer. 
Voor het instempelen van ons nieuwe carnet krijgen we Mark Jackson van Head Quarters in Brisbane aan de lijn. En jawel, in een lang telefoongesprek wordt het klip en klaar wat ons te doen staat en waar. 
Er moeten e-mails ontvangen en gestuurd worden met gescande bijlagen (van het carnet). En wel meteen. We landen aan bij Docuprint. 
 
 
Alan, de baas, geeft ons de gelegenheid en de middelen om het allemaal af te wikkelen. Geweldig. Geen cent wil ie er voor hebben. Een snel broodje in het charmante centrum van Fremantle en dan op naar het Department for Planning and Infrastructure. Nummertje trekken en wachten. Dan blijkt dat we naar de Driver and Vehicle Services in Welshpool moeten voor de technische keuring. 
Enzooo... Veel kilometers en tijd later is de keuring snel gedaan. We weten wat ons te doen staat om geheel legaal rond te mogen rijden. Dat is: een nieuwe voorruit, Ozzie-koplampen en de sticker, dat we Left Hand Drivers zijn! Maar die hebben we. Alleen nog niet opgeplakt. Oef! 
Terug naar huis. Diane en John leven van ganser harte mee.  
 
Donderdag, 7 februari 2013 - Lampen Lenen en Glad Glas  
 
G klust verder aan TOY. Tijdens een gezamenlijke lunch met de buren Ken en Jen oppert G dat we koplampen zouden moeten kunnen lenen. En jawel, Ken heeft een brainwave. Bij buurvrouw Colleen staat de LC 100 van haar overleden man in de garage! Dan is het snel geregeld. G monteert de "geleende" lampen in onze TOY. Geweldig! 
 
 
Ter plekke wordt een nieuwe voorruit gemonteerd. En klaar zijn we voor de herkeuring. En ik ben blij dat ik van dat gespleten wereldbeeld af ben. Mooie dag eigenlijk wel. 
 
Vrijdag, 8 februari 2013 - Niet Alles Lukt... of Net Wel! 
 
Voor achten zijn we bij de Toyotagarage. Eén van de bouten wenst niet los te laten. De geplande reparatie kan daardoor maar gedeeltelijk plaats vinden. We maken een nieuwe afspraak voor het vervolg, want het is hoogtijd voor Perth. 
Honderd kilometer noordelijker duiken we de herkeuring in. Dat gaat snel en goed. Maar dan de administratieve afwikkeling... Djeeeee! Samengevat: veel wachttijd van onze kant en heel wat meer ambtenaren-fte's. We racen weg om nog net voor vijven bij het Customs House op Perth Airport Intl. hijgend en wel de benodigde carnetstempels te halen. Mission accomplished!
Zo, zelfs de enorme file op weg naar huis kan ons niet meer deren. Thuis blijkt Diane ziek. John neemt ons mee naar de club waar we een barmeal en veel gezellig mensen treffen. 
 
Zaterdag, 9 februari  2013 - Huisdag
 
John en Diane gaan weg tot zondagmorgen. We hebben het rijk, het huis en het zwembad voor ons alleen. G zet onze eigen, naar rechts schijnende koplampen terug in TOY. Hij ontdekt kleinigheden. Meteen maar herstellen nu de omstandigheden optimaal en de spullen van Ken tot onze beschikking zijn. Ik zwem, internet, doe spelletjes, poets het huis, wandel met Nugget en zorg voor het eten. Dat is: ik verwarm wat Diane voor ons heeft klaar gezet. Zo! Worden we verwend of worden we verwend?   
 
Zondag, 10 februari 2013 - Sixties Revival voor Sixties en Seventies
 
John en Di zijn blij verrast met de nieuwe mengkraan in de keuken, de Ozzie koplampen zitten weer netjes waar ze horen en Colleen leidt ons rond in het enorme pand dat ze in haar eentje bewoont. 
Na de middag vermaken we ons in de club. John speelt er met een stelletje ouwe rockers de hits van onze jeugd. 
 
 

Zestig- en zeventig jaar oude spieren verliezen hun stijfheid. We dansen en zingen en voelen ons weer de jongelui, die we waren in de legendarische sixties. Heerlijk! 
 
Maandag, 11 februari 2013 - Goodbye and Hello 
 
We ruimen en pakken. Dan is het tijd om afscheid te nemen. Hoe bijzonder was de hartverwarmende gastvrijheid van dit aardige stel mensen. 
We doen boodschappen en op de camping treffen we Fred en Magda (www.2Dutchies.nl). Na een jaar rondreizen is er veel uit te wisselen. 
Dan moet de TOY ingericht worden. Letterlijk een zweetklusje in de hitte. Maar het is een heerlijk gevoel, dat alles, inclusief de boodschappen, hun vaste plekjes weer hebben gevonden. We bbq-en vlees en eten frisse salades. Maar oh wee, we worden lek geprikt door een horde kleine en geruisloze muggies. Tsssssssk... 
Zo, laat de eerste TOY-nacht maar komen. Wel even wennen na de ge-aircode nachten bij John en Diane. G maakt het niet uit. Mij wel. 
 
Dinsdag,  12 februari 2013 - Joey Echt Zeven!  
 
Hete campingdag. Laptopklussen in de schaduw en blij met de vleugjes wind die zich soms laten voelen. Verkoeling is er te vinden in het zwembad. 
Jammer, dat het skype-contact met Joey niet lukt. Hij heeft wel veel te vertellen. En ach, wat moeten we hem teleurstellen. Het grotemensenfeestje is uitgesteld naar 10 maart. Dat duurt nog zó lang, vindt Joey, dat wij er vast wel bij kunnen zijn. Nee dus! 
Magda zorgt voor een hartige taart en ik voor salades. We eten weer heerlijk. Anneli en Headley laten weten, dat de auto gerepareerd is. We kunnen dus de Swann River op met hun bootje. Ze blijken vlakbij Fremantle te wonen. 
 
Woensdag, 13 februari 2012 - Bootje varen, Biertje Drinken 
 
Afscheid van de 2Dutchies. We toeren naar de afgesproken plek aan de rivier. Een hartelijk weerzien. Heerlijk tjoeken we over de Swann River voorbij Perth en terug. Reis- en levenservaringen worden uitgewisseld, verfrist door een briesje en een biertje. 
Begin van de middag leggen we weer aan. In de schaduw van grote bomen gaat het drinken en praten gewoon verder. En hoe leuk is het om elkaars Ozzie-reisauto's (zij: Mitsubish-bussie, wij: TOY) over en weer te zien. Op Sicilië bekeken we de Europese asfaltvarianten (zij: een VW-campertje, wij: BusCA). 
De bbq is ondertussen heet genoeg en Headley neemt het grillen ter hand. Eind van de middag rijden we naar een strandje vlakbij de haven van Fremantle. Grote schepen liggen voor anker of  manoeuvreren zich een weg naar binnen. 
 
 
Nadat de zon oranje is ondergegaan nemen we afscheid. We gaan naar een plek, die Anneli en Headley ons wezen. Het is er inderdaad een stuk rustiger en stiller. Niet veel later liggen we in ons windgekoelde bedje. Moe van een heerlijke en volle dag. 
 
Donderdag, 14 februari 2012 - Yoghurt in Fremantle, Eieren in York
 
We slapen totdat de zon door het wolkendek heen priemt. En daar kom je best je bed voor uit! Heet dus. Na een yoghurt-met-muesli-ontbijt rijden we naar het strand. Zoals overal in Australië vind je daar een toiletgebouw-van-overheidswege. Mooie voorzieningen zijn dat. Goeie douches, toiletten met papier en verkleedruimten. 
Dan zetten we koers in oostelijke richting. Naar York gaan we. York is een van de oudste stadjes in West Australië. Onderweg pikken we ook het wijngebied in de Swann Valley mee. 
Vlotjes glijden we door Perth en de landelijke omgeving daarna. Rond de middag is er een verwijzing naar een Winery met Restaurant. Dat wordt 'm! 
Onder een veranda met uitzicht op wijnvelden genieten we. Van het uitzicht, een goede zalmmoot en een prima salade. Met een glaasje wijn natuurlijk. 
 
De seveerster is de dochter van Nederlandse ouders. Hermans-Janssen, het kan bijna niet Nederlandser! In stukjes en beetjes horen we hoe dat allemaal zo gekomen is en hoe het hen vergaan is. We beginnen vertrouwd te raken met de familiegeschiedenissen van de geëmigreerde Nederlanders. Bijzonder. En tot generaties terug worden de Europese roots gekoesterd.  
 
Voldaan toeren we verder, onderbroken door een tukkie. Door gumtreebossen gaat het en langzamerhand begint de Wheat Belt (de graanzone) weer in beeld te komen.  
York is klein en leuk. Morgen gaan we er meer werk van maken. Nu naar de camping. Leeg is het op de flink beboomde camping. Desondanks begeleidt de oude baas ons naar een plekje. Daar wil ie ons hebben dus. Prima. De lamp kan uit wijst hij en het water is zo lekker als wijn. Dus, pas op met drinken, grapt-ie. 
Lezen, internetten, luieren, sapje. We genieten een paar heerlijke uren. Eten nasi goreng met gebakken eieren. De eieren werden ons aangeboden door een tandeloze verwarde en/of aangeschoten man. Het zijn de lekkerste eieren van de hele wereld, bezweert hij. Gekregen heeft ie ze. Alleen, hij lust geen eieren. 
Afkoeling, briesje douche, stilte, ... Als dat geen lekkere nacht wordt! 
 
Vrijdag, 15 februari 2013 - Landelijkheid en Bomen  
 
Heerlijke tuttelopstart. Ondertussen harken de beheerder-op-leeftijd en zijn vrouw-ook-op-leeftijd de hele camping. Doen ze iedere dag, legt hij uit. Want de gumtrees laten niet alleen het blad maar ook hun velletje vallen. 
 
Midden in de hoofdstraat van York is het motormuseum. Het is de particuliere verzameling van een (rijke) familie. Een van de eerste T-Fordjes staat naast een paardenkoetsje. Bijna hetzelfde zijn ze. Behalve, dat het paard vervangen is door een motor. Gerard is vooral onder de indruk van een antiek Toyota race-karretje. Lang blijven we niet in de oude loodsen, volgestouwd met van alles wat maar enigszins te maken heeft met auto's. 
In de blikkerende hoodstraat bewonderen we de elegante panden met veranda's. En in townhall vinden we een dame toeristen informeert. Veel heeft ze niet te doen en we krijgen de hele streek mee. 
Een andere bezienswaardigheid van dit dorpje is de "swingbrug". In het prille begin van de witte-mensen-geschiedenis van dit continent gebouwd door de "convicts", de Engelse veroordeelden die verbannen waren naar strafkolonie Australië. Prachtige constructie is het en het geeft een mooi uitzicht op de Avon River. De sokkenfabriek, ons warm aanbevolen door de toeristendame, slaan we toch maar over. 
 
We toeren zuidwaarts door de Wheat Belt. Overal zijn kale graanvelden in het heuvelachtige landschap. De lunch bestaat uit hamburgers van de Beverley Country Kitchen. Dat is wat wij een snackbar zouden noemen. Het grootste verschil is wel, dat iedere centimeter vol staat met iets. Dominant aanwezig zijn de lawaaischoppende en warmte-uitbrakende koelkasten, -kisten en -machines. Want ja, je wilt toch echt wel een kouwe cola. Toch? 
 
 
De baas van het etablissement legt omslachtig uit, dat er nu eenmaal geen hamburger zit in de hamburger ei-bacon. Wat er dan "hamburger" aan is, dring ik aan. Uh, het is hetzelfde brood en het wordt ook geroosterd. Logisch toch? 
 
Genoeg landelijkheid! Westelijk gaan we. En daar, yes!, de eerste dirtroad ratelt onder TOY's rubber. Borden manen, dat dit geen doorgaande weg zou zijn. Hoezo dan wel? De bijstelling volgt al snel. Het is alleen voor 4WD's geschikt. En laten wij die nu hebben! We hobbelen over grote keien van een droogstaande beek naar de doorgaande weg. Heerlijk! Even, heel even, hebben we het expeditiegevoel. We slingeren het Lane Pool Conservation Reserve in. Gumtrees in soorten en maten. En de Jarrahbomen. 
 
We kiezen voor het Caravan Park in Dwellingup. Een verademing. De dame aan de receptie is geweldig. En je mag je eigen plekje zoeken. Plekje is geen goeie beschrijving voor het stukje bos dat ter jouwer beschikking is. Vuurplaats, water, stroom en alles gecentreerd rondom het toiletblok. 
We zijn nog bezig met positioneren als Erik en Chella zich melden. Stoeltjes erbij en de tijd vliegt. Tussendoor smeren we deet om ons de horzelachtige vliegen van het lijf te houden. 
 
 
He koelt flink af en als de plakkende deet weggedoucht is, duiken we weg in een diepe slaap te midden van krakende krekels en bewegende bomen. Mmmmmm... 
 
Zaterdag, 16 februari 2012 - Relaxboscampingdag 
 
Tutteren, internetten, kleppen met Chella en Erik... Relaxen dus. Gerard monteert de nieuwe difflock op de achteras. Nu de keuring achter de rug is gaan de oude (en versleten) banden weer terug onder TOY. 
We eten frisse housemade koolsalade en een kaaspastaatje en besluiten de avond met Chella en Erik. Ze hebben veel gereisd met huurauto's en (motor)fietsend. Een feest der herkenning van bijzondere plekken in de wereld. Een heel bijzondere reismaakte Erik. Min of meer out-of-the-blue besloot hij om zijn motorfiets naar Australië te verschepen en terug te rijden naar Nederland. In zijn eentje! Da's pas echt avontuurlijk. 
 
Douchetijd. Ik komt er achter, dat de deet en het plastic/rubber van mijn teenslippers een innige samenwerking zijn aangegaan. Op mijn huid zijn afdrukken te zien, die slechts met stevig borstelwerk te verwijderen blijken. Uiteindelijk duik ook ik, fris en schoon, in de TOY-slaapstee. Een koele nacht weer. Heerlijk! 
 
Zondag, 17 februari 2013 - Nog zo 'n Dag
 
Afscheid van Chella en Erik. G kruipt onder TOY om de montage van de difflock te controleren en af te kitten. Rustig werkje normaal gesproken. Maar dit hier is niet normaal. Hij wordt belaagd door hordes March Flies. 
Het is een horzelachtige joekel van een vlieg, die gelukkig nogal traag is in zijn aanpak. Rosalia van de camping legt uit, dat als de bomen, kijk die daar, bloeien, en dat doen ze nu, komen ze. De March Flies. Om met hun stompe stekerd in de huid te kunnen doordringen, kotsen ze eerst. Zo verweekt de huid voldoende om toe te steken. Een gemene steek is het, die flink kan bloeden. Tot een zwelling komt het niet. 
Gerard onder de TOY dus. En in die hulpeloze positie kunnen de gemenerikken op hun gemak hun natuurlijk aandrang volgen. Het zit ons mee. Het begint te motregenen. En daar hebben onze steekvrienden me toch een hekel aan! Weg zijn ze... 
 
Begin van de middag wandelen we naar ons kleine dorp, Dwellingup. Charmante houten huisjes met hekjes. Een antieke trein staat te dromen over een roemrucht verleden en op de centrale kruising bevindt zich het Community Hotel. De dorpskroeg dus en dé pleisterplaats van motorrijders. Dikke Harley's staan er en hun evenzo berijders zitten aan het bier. 
Mooie lambchoppies met een koud biertje doen hun weldadige werk. Drinken uit het flesje. Niks klokklok maar nipnip. Het bevalt ons zeer. 
Terug op de camping lezen we, wandelen een rondje in het bos, internetten. Mama en Joey Kangoeroe hupsen door het bos en bestuderen op afstand ons gedoetje. De afkoeling is inmiddels flink gevorderd. 
 
 
We duiken langarmige kledingstukken op. Genieten van de gematigde temperatuur. De avond brengen we door in de kampkeuken. Eten een happie en kijken dwdd. Om elf uur wordt het nog stiller op de toch al doodstille en verlaten kampeergronden. 
 
Maandag, 18 februari 2013 - Mandurah 
 
Zo lang mogelijk genieten we van ons bosplekkie. We zwerven over bospaden van het Lane Pool CR. De nieuwe achtersper kunnen we hier testen en het werkt weer als vanouds. 
Via Pinjarra landen we aan in het grote winkelcentrum in Mandurah. We scoren een heleboel bitjes in de Telstra Store en een lunch op de Food Plaza. Na inkopen bij Woolworth installeren we ons weer op het Caravan Park. 
Hangmatje, luieren, zwemmen, douchen en we improviseren in een pannetje met een onderzetter erin een oventje. De kleine quiches worden heet en gaar, niet bruin gebakken. Toch lekker met een komkommersalade. En een wijntje. Dat alles ondanks de muggen.
Dan dromen over morgen, als TOY de laatste ingrepen moet ondergaan... 
 
Dinsdag, 19 februari 2013 - De Dag van Morgen 
 
Vroege start. Met boterhammetjes (ontbijt en lunch), fruit, Yogaatje (nieuwe reislaptop van G), i-Bet en boeken zitten we om half acht geïnstalleerd op de leren banken in de showroom van de Toyotadealer. Het bedrijf moet nog zo goed als opstarten en zo kan het gebeuren, dat ik mijn ochtendshot, een stevige bak koffie, pas om half negen heb. Half negen!!! Maar dan kleurt de wereld lichter en kan ik aan de gang. G wandelt naar het uitlijnbedrijf en met enige regelmaat naar de werkplaats om de vorderingen van het werk te volgen. 
E-mailen met het slapende thuisfront, BB-kopij schrijven, tussendoor een spelletje, lezen over het zuiden van WA. En het koffie-aanbod is goed op gang gekomen. Nu nog zien te voorkomen, dat we hyperdepieper het pand verlaten. 
Tegen vier uur, we zijn onderhand deel van het interieur geworden, komt het sein: TOY is klaar. Nog even het "paperwork", zoals het opmaken van de rekening en de betaling eufemistisch genoemd wordt en dan weg. Het uitlijnen gaat niet meer lukken. Morgen om acht uur zijn we de eerste. 
 
Met een vakantiegevoel toeren we langs de kust op zoek naar een bivakplek. Een parkeerplek bij een strand bevalt ons. Dichtbij is een jachthaven met restaurantjes. We vieren, dat nu alles (nou ja, nog ff uitlijnen morgen) klaar is en dat we echt op reis kunnen. Lekkere wijn, mooie zonsondergang en goed eten. Half negen staat TOY met zijn neus in de wind en wij met onze neuzen naar de zee. 
 
Woensdag, 20 februari 2013 - Hit the Road TOY! 
 
Nog voor de wekker wekt de zon ons. Snel sappie en yoghurt met muesli. Acht uur precies melden we ons bij Tyrepower. Een chagrijnige monteur neemt het uitlijnen ter hand. Daar heb ik wel een uur voor nodig, gromt hij. Tja, nou en, denken wij. We hebben op een uur gerekend. Dus go! 
Ietsje minder is het, dat in het pand geen druppel koffie te vinden is. Shhhhh... We bijten ons hier dapper doorheen. Ik, in ieder geval, want koffie heeft op mijn geliefde veel minder vat. 
Gelukkig wordt het uur van onze mopperende monteur een krappe drie kwartier. Fijn voor hem en heel fijn voor mij. 
Snel naar de Mall, waar we keuze hebben uit twee uitstekende koffietentjes. (G stelt dat vast door de koffiemachines te onderzoeken.) De tent van onze keuze heeft bovendien gebak!  (Dus... of G goed naar de koffiemachines heeft gekeken, is nog maar de vraag...) 
 
Kortom, het leven lacht, wat zeg ik: juicht, ons toe. Koffie, een toiletbezoek en TOY is totaal reisvaardig.  
Om half tien rijden we via the Old Coast Road zuidwaarts. Naar Margaret River gaan we, midden in een goed en bekend wijngebied. Door boomrijke gebieden volgen we de kust. Hier en daar piept een wijngaard door het geboomte of is er een blauw uitzicht op de oceaan. 
 
Bij Busselton lunchen we met zicht op zee en bij Dunsborough verderop aan de Caves Road kijken we uit over een mooie azuurkleurige baai. Normaal gesproken is dit surfers delight. Nu rolt er een enkele golf schuimend naar binnen. Een, welgeteld één, surfer peddelt rond op jacht naar die ene hele hoge roller. Hij zal lang moeten peddelen, vermoeden we. 
 
We rijden merkbaar het wijngebied in. Steeds meer Estates (wijnbedrijven) proberen de aandacht van de passant te trekken. We weerstaan de verlokkingen. 
Margaret River is een klein dorp met een charmante, tikkie rommelige, hoofdstraat die ingericht is op de toerist. Winkeltjes, hotels, restaurantjes, bars en een Toerist Informatie. 
We vinden uiteindelijk een aardige plek op het M.R. Tourist Park. Er zijn redelijk wat trekkende reizigers en backpackers met tentjes. Zo blijft het kampeergevoel nog enigszins in stand, nietwaar! 
 
Douchen! Dat is waar we nu vooral aan toe zijn. Heerlijk. Was draaien, ophangen, tuttelen en dan naar het dorp wandelen om in het hotel-restaurant iets te eten (G een steak, ik een Indonesische nasi).  Hehehe, we zijn op reis. Het feestelijke gevoel wil maar niet wijken. Prima, het mag blijven. 
 
Donderdag, 21 februari 2013 - Bijzondere Bomen, Ocean Meeting Point en Blazen 
 
In de vroege morgenuren klettert de regen op het dak. Het is van korte duur. In een opgefrist dorp doen we een rondje Fudge Factory en Coles (supermarkt) en dan rijden we richting Karribossen. Prachtige hoogstammige bomen zijn de Karri's. En wat heerlijk is het toeren over de gravelwegen die naar de kust leiden. Zo nu en dan zijn er stralende uitzichten op zee. Zon en wolken wedijveren om de macht. We houden het net droog. 
We rijden Augusta voorbij langs de prachtige kust naar de "hoogste vuurtoren van Australië". We zijn op het puntje van Kaap Leeuwin (genoemd naar een NL schip). Hier ontmoeten de Indische en de Zuidelijke Oceaan elkaar. 
Nog steeds zijn zon en bewolking in gevecht. Zodra de zon terreinwinst heeft geboekt, is de hete straling heftig voelbaar. Dan weer daalt de temperatuur onder de bewolking enkele graden of denderen tropische buien omlaag. Het heeft wel iets. 
Lunchtijd. Alle ingrediënten voor een fantastische pauze komen op het juiste moment samen. Geen regen, wel zon, mooie plek op een rostpunt, schitterend uitzicht. Voldaan toeren we terug en gaan verder over de Brockman HWY en de Stewart HWY naar Manjimup. Bekijken er de machtige King Jarrah Tree, een enorme boom. Vermoedelijk 500 jaar oud, met een diameter van 2,60 meter en een hoogte van 45 meter. Mooie knoestige stam. 
 
 
Op advies van een parkranger rijden we naar het zuidelijk gelegen Pemberton. Daar is het beter kamperen dan op de caravanparks van Manjimup. 
Onderweg worden we zowaar staande gehouden door een politieagent. De auto kwam ons tegemoet, keerde om en sommeerde ons te stoppen. Zwaailicht en sirene maken het nogal imposant. Tja, het moet best wel een gek gezicht zijn geweest om de veronderstelde chauffeur met haar hoofd omlaag voorbij te zien rijden. "Left-hand-drive haaiyyy!", constateert de veldwachter verbouwereerd. Gezichtreddend moet G blazen en rijbewijs tonen.  
 
Pemberton is een oud houthakkersstadje. Prachtige houten huizen met verandaatjes hebben de tijd en diverse branden overleefd. Prima is de camping en heerlijk de plek. In het houtige dorpshotel eten we lekker (forel en nachos) en "thuis" genieten we van de donkerte en het ruisende bos.
 
Vrijdag, 22 februari 2013 - Oeh! Wat een Dag 
 
We staan in de schaduw van prachtige bomen aan de rand van een bos. Achter onze TOY kabbelt een stroompje. Bewolking, zon, windje... dat betekent een heel langdurend ontbijt. Niet in de laatste plaats omdat G een paar ander HDJ 100-fans heeft ontmoet. Dus gaat de ene na de andere motorkap omhoog, wordt er verteld, gevraagd, gewezen en steken behaarde mannenbenen onder stoere TOY’s uit... 
 
Een dame van het Karri Discovery Centrum legt uit wat de verschillen zijn tussen de al die knoeperts van bomen (Karri's, Jarrah's, Marri's) in dit gebied. En, what's more, ze wijst ons een mooie 4WD-route. Eentje met zandduinen!  
In het centrum is een expositie van de geschiedenis van de houtwinning. Gelukkig is recent de houtkap van de honderden jaren oude bomen in deze oerbossen tot staan gebracht. 
 
Om een uur of half elf staan we aan de voet van de Gloucester Tree, een reusachtige Karri. Met zijn (ongeveer) 70 meter hoogte is dit het tweede hoogste uitkijkpunt van de wereld voor bosbranden. In de stam zijn stangen aangebracht die naar het topje wentelen, naar ´n forse boomhut. 
Echt iets voor ondernemende typjes. Helemaal voor G dus. Waar de meeste mensen een paar meter klauteren voor een fotoshoot, tolt G in volle vaart naar boven. In no time is hij verdwenen in het hoge groen. Het komt hem op ernstig verzuurde benen en overspannen spieren te staan in de navolgende dagen. Maar het uitzicht was ... eh ... groen. 
 
Het 4WD-track.Van asfalt naar gravel, de gravelwegen worden zanderige bospaden en dan! Daar issie, de beloofde duinpassage. Ja hoor, echte zandheuvels zonder begroeiing en hoog. Prachtig! Van de weeromstuit slaat ook het weer om als een blad aan de boom. Da's minder. Een stormachtige wind en regen beperken het uitzicht en maken onze onderneming een stuk heftiger. 
Het oude liedje. Eerst proberen en pas als het echt nodig is, de banden af laten lopen. We halen het toppie niet, dus terugrollen en dan alsnog een paar bar eruit laten. 
In de duinen moeten we netjes tussen paaltjes rijden. Goed natuurlijk, want anders zou dit kwetsbare natuurgebied teveel lijden onder het 4WD-geweld. Maar voor een navigator als mijzelve is daar geen sport aan! 
In al die woestheid duikt de oceaan op. Schuimend in de storm. Met de TOY-neus in de wind lunchen we onder de klep betrekkelijk rustig. Langs het strand rijden we zuidwaarts. De rivier, die zou moeten uitstromen in zee, doet dat nu even niet. Kunnen wij er dus droog passeren. 
De duinpassage die we moeten nemen om op een track landinwaarts te komen, blijkt een uitdaging. Na een poging of vijf en nadat de bandenspanning echt op zacht-zandnivo is gebracht, halen we het toppie..., op een paar meter na dan! Mooi! Hebben we de rijplaten ook niet voor niets de halve wereld over gesleept. Nadat ieder wiel een zandplaat heeft gekregen, zijn we hup, het hoge duin over en toeren we over zanderige bospaden naar het asfalt van de bewoonde wereld. 
 
Via Northcliffe rijden we over een mooie slingerweg door bossen en duingebied langs de kust naar Windy Harbour. En winderig is het er. We horen later dat dit mild is. Het kan zo erg zijn dat "it blows your head off!". 
Een toertje over de enorme klif (Point D'Entrecasteaux) en langs Salmon Beach laat de mooie kustnatuur zien. Prachtig is de lage begroeiing en de woeste golven die te pletter slaan op de rauwe rotswanden. 
Voor de nacht maken we dankbaar gebruik van de beschutting op de camping van Windy Harbour. Met de buren, een ouder Ozzie echtpaar met caravan, drinken we een wijntje terwijl we uitgebreid geïnformeerd worden waar we moeten zijn op Tasmanië. 
In TOY-se huiselijkheid eten we bami met verse prei en komkommer. Als we naar bed gaan, hebben we meer tijd nodig om ons van diverse laagjes kleding te ontdoen. De wind waait en wij slapen. 
 
Zaterdag, 23 februari 2013 - Nog meer Bomen en Kust 
 
De ochtend is zo goed als om als we over de dorpse zandweggetjes de asfaltweg richting bewoonde wereld zoeken. Tja, weer een HDJ 100-fanclub-ontmoeting en koffie met Russell & Barbara en een lekkende band. Een schroef blijkt de oorzaak. . 
Noordelijker slaan we af op een gravelweg in zuidoostelijke richting. Alle waarschuwingsborden ten spijt is de weg doorgaand. De brug ja! Die is inderdaad onberijdbaar. G inspecteert de onderkant. Een ommetje met de eerste waterdoorwading van dit jaar brengt ons terug op het rechte pad. Door eindeloze bossen gaat het. 
Een deel van dit park (d'Entrecasteaux NP) viel vorig jaar ten prooi aan enorme branden. De Pemberton-Info-Mevrouw vertelde, hoe erg ze dat vond. Maar, keek ze blij, het bos is mooier geworden dan ervoor. We begrijpen wat ze bedoelt. De onderbegroeiing is weg. Prachtig zichtbaar zijn daardoor de stammen van de vervellende Jarrah's. (De Jarrah's zijn ons eigen lijntje met onze Yara geworden. Het zijn háár bomen, vinden we.) 
 
 
We bereiken de South Western HWY om een half uur later een slaperig houthakkersdorpje, Walpole, binnen te rijden. Houten huisjes, een IGA (zeg: C 1000) en een Info. Alzo, boodschappen en informatie rijker doen we een toertje om de unieke, uitsluitend in dit gebied voorkomende, Tingle Trees te zien. Merkwaardig ruige bomen zijn dat, die van binnen uithollen. Bijzonder. Een andere publiekstrekker, de Top Tree Walk, slaan we over. 
 
We zitten inmiddels op het randje van een overdosis aan bomen. Dagenlang rijden we nu al rond in bossen! Da's nogal wat voor liefhebbers van de open ruimte. Tijd om kilometers te maken op de South Coast HWY. Het landschap werkt mee. Hier is veel gekapt ten behoeve van landbouw. We zien weiden met geiten die vredig rondgrazen met hertjes (ook voor de consumptie?). Of zwarte koeien. 
 
Aan het eind van de Parry Road kijken we uit over een baai van de Southern Ocean. Nee, daar mag niet gekampeerd worden. Dat mag wel op een naastgelegen camping. Maar we hebben van deze vrije plek geproefd en slaan er ons illegale kamp op. Heerlijk. Prachtig uitzicht en in de luwte van TOY genieten we van een drankje. We eten binnen als de afkoeling doorzet. Knus en oerhollands. Stukje vlees, bloemkool, piepers, komkommer. 
Van onder het dons horen we de golven omklappen en het heel even stilvallen daarna. Ze is daar, de grote plas en ook de bijna de volle maan. 
 
Zondag, 24 februari 2013 - Op naar Open Ruimte 
 
De zondag begint met zon. En met bewolking, dat moet gezegd. Nog net voordat het gaat miezeren, hebben we het buiten-ontbijt achter de kiezen. Bijna echt-Hollands-miezerweer is het. Een eenzame surfster pakt een paar rollers mee. Vanachter het muskietengaas zien we haar en de onstuimige oceaan. 
Prima dag dus om een eind richting Tasmanië op te schieten. Er zijn nog een paar duizend-en-nog-wat kilometertjes te gaan. We rijden er een kleine 400 van af. Door golvend landschap gaat het. Schapen, veel schapen, grazen op de gemaaide korenvelden. Hier en daar zwarte en grauwe koeien. Een totaal ander beeld dan het Nederlandse fris-groene weideland met de zwart-witte koeien. Restjes bos hier en daar. Het Fitzgerald River NP slaan we over. Genoeg bos, nu op naar de ruimte. 
 
We volgen de hoofdroute, maar doen ommetjes. Omdat ze "scenic" zijn. Echter, in de grote grauwe grijsheid van de motregen valt er alleen maar natte grijsheid te zien. Of de route is "historical" natuurlijk. Zo vinden we in Albany een geweldig goeie Public Toilet (G!)`en de "Amsterdam" van de Holland Amerika Lijn, die in de haven ligt afgemeerd. Na de lunchpauze klaart het op en rijden we zonnig verder. 
 
Om vier uur zijn we in Ravensthorpe. En daar is een charmante lieve camping met douche. Die hebben we nodig. We posteren ons naast de kampkeuken. Lekker tijd voor relaxen en internet. Twee Zwitserse dames zijn non-communicatief in tegenstelling tot een Duits stel dat een jaarlang hier en daar en op allerlei manieren rondreist. Onze TOY en onze manier van reizen is hun droom. 
Jammer, dat er licht blijft schijnen vanuit de kampkeuken. Het doet de zo-goed-als-volle maan als het ware verbleken. Maar toch.... we slapen weer heerlijk in ons TOYse bedje. 
 
Maandag, 25 februari 2013 - Wit Duin Bivak  
 
De dag begint steeds vroeger nu we oostwaarts reizen. De South Coast HWY slingert nog steeds door hetzelfde landschap. Golvend geschoren graanvelden, groepjes of rijen bomen, kuddes schapen en zwarte koeien. En er is de zon. Op de P waar we ons elf-uurtje doen, treffen we mensen van de camping. Hun pick-up trekt een forse caravan en in de huif van de pick-up zit een opening in het canvas. De hond steekt er zijn kop door. Sterker, hij springt vanaf stand zo, hupsa, door de opening de bak in. 
 
 
In Esperance lunchen we bij de Dome, doen boodschappen in de Woolworth en tanken met de 8 cent korting van Woolworth. Het plaatsje is niet al te groot. Er is een flinke pier en een haven voor zee-vrachtschepen. Vanuit Kalgoorlie arriveert de trein. We zien er een komen. De wagons vol met ijzererts. 
Langs de kust rijden we in zuidoostelijke richting naar Cape Legend NP. Via bossen (!) bereiken we de kust (Mt La Grand). Heerlijk is het om te rijden over het witte zandstrand tussen frisgroen begroeide duinen en de azuurkleurige oceaan. Prachtig schittert de zon op de golven met schuimkoppen. 
 
In plaats van de NP-campsite kiezen we een plekje net buiten de grens van het park in de duinen. We beginnen hoog, maar harde wind en zandoverlast dwingen ons omlaag naar een lief duinpannetje met harde ondergrond is en rondom laag struikgewas. De zon verwarmt ons en na het eten (van spaghetti-soep-met-extra's) zien we haar (nog net) in zee zakken. 
 
 
 
Wel even wennen. Ging de zon aan de westkust nog onder om een uur of acht. Hier is dat al vijf kwartier eerder! We gaan ook steeds vroeger naar bed. Zo verschuift de dag. Straks in Zuid Australië moet de klok weer 1,5 uur verzet worden. We groeien er langzaam naar toe. 
En hoe gaaf! G ontdekt, dat we niet zomaar-tandenborstels hebben. Nee, het zijn pulsarborstels. Knopje indrukken en het wordt een elektrische borstel. 
De wind is minder krachtig en de (bijna-)volle maan verlicht de omgeving, Het witte zand wordt er nog witter door. Mooi! 
 
Dinsdag, 26 februari 2012 - Off Road-ing 
 
Na een heerlijk uurtje in het mooie duinpannetje toeren we verder over het strand. Nog steeds is ze er, die prachtige azuurkleurige zee, de rotseilandjes, schuimende branding, wit strand, fleurig groene duinen, blauwe hemel... Mmmm... 
We slaan af op een pad dat ons naar de weg moet brengen. Dat doet het pad. Uiteindelijk! Maar eerst hebben we het flink te verduren op het pad. Het pad nou ja, dat golft en hobbelt. Het blijkt totaal in onbruik geraakt. Struiken en boompjes belagen ons heftig van alle kanten. Het klapt, het schuurt en het krast aan alle kanten. Opgelucht bereiken we uiteindelijk een breder zandpad, dan een gravelroad en vervolgens zoeven we oostwaarts op de asfaltweg, de Merrivale Road. 
 
Geen verkeer is er, maar wel sterke Telstra-ontvangst. Leuk! Tijdens de koffiepauze bekijken en beantwoorden we mail. Het asfalt verdwijnt en gravel verschijnt. Aan de grens van het Cape Arid NP wordt de weg een smalle zandweg door dicht struikgewas. En ze zijn er weer eens, de hobbels, de rotribbels dus. Bandenspanning dus flink omlaag om al te veel ongerief te voorkomen. 
Bij de ingang van het park hebben we weer een keurige gravelweg onder het rubber tot we afslaan op een oud pad. Ooit werd het geschoven voor de aanleg en onderhoud van de telegraaflijn (70-er jaren 19e eeuw) van Adelaide naar Perth. Even moeten we wachten tot twee terreinwagens van het pad zijn afgereden. Verder komen we de hele dag niets en niemand meer tegen. 
De route golft met alle bewegingen van het terrein mee. Laag groen op glooiende vlaktes zover het oog reikt. Hier en daar doorbreekt een boompje of een hogere struik de groene eentonigheid. We zien struiken, die fantastisch moeten zijn in bloei. 
Het pad vraagt de nodige aandacht. Hoewel dichtbij, vangen we geen enkele glimp op van de zee. De lunch gebruiken we op het pad. Meer ruimte is er niet. 
 
Het NP houdt op en het Nuytsland Nature Reserve begint. Het terrein verandert. Het is een gebied met zout- en moddermeren. Aan het eind van de zomer zijn ze droog. Bij twijfel maken we een ommetje, want we hebben in de Sahara ons lesje geleerd met het rijden door chotts! Zelfs nu spettert nu en dan het melkachtige zoute water tot op de voorruit. We genieten van de ruimte met de witlemige en zanderige bodem. Het woestijngevoel is er helemaal. Nu en dan even doorbijten op kilometers rotsige hobbelige ondergrond. 
Laat in de middag hebben we onze ideale bivakplek gevonden. TOY-neus in wat struikjes en het volle zicht op de vlakte voor ons. Zand aan de voeten! Een stukje noordelijker is de Nullarbor Plain. Hier voelt het al een beetje Plain maar nog wel met begroeiing. 
 
De ondergaande zon kleurt ons bivak warm oranje. We eten eten romantisch. Om zeven uur is het donker. Maar de maan is er vroeg bij. Soms in volle glorie te zien om dan te verdwijnen en de wolken te omranden met zilver. We zitten eerste rang op onze stoeltjes en genieten van dit grootse zilvergekleurde lichtspel. Geen vleugje wind is er. Er heerst stilte. Behalve in onze hoofden, daar dendert het. 
 
Woensdag, 27 februari 2013 - Zout, Telegraafpalen en de Bilbunya Dunes 
 
Ook het wakker worden en de dag starten is zalig op dit mooie plekje. Op pad maar weer. Het trekt langs zoutmeertjes en chotts. Prachtig glinsteren de zoutkristallen in de zon. 
 
 
De geschiedenis van de (telegraaf-) weg is te zien aan de houten palen of restanten ervan. Ze vormen een klein stukje van het tastbare erfgoed van de jonge geschiedenis van Australië. Die telegraaflijn veranderde heel veel op het continent. In plaats van weken, werd nieuws in luttele uren verspreid. Men heeft zich toen bij lange na niet kunnen voorstellen, dat al die palen vervangen zouden worden door satelieten ergens in de ruimte. 
 
Langzamerhand zien we de Escarpment (rotswand) dichterbij komen als we een langgerekt meer (chott) volgen. Ons pad is ingeklemd tussen zee, duinen en de helling die naar het honderd meter hoger gelegen plateau reikt. Op het smalste deel zijn er mensen. Een paar auto's en tenten. En we treffen twee stellen met hun auto. Een staat hulpeloos vast en liert zich los met de andere auto als anker. 
Hier is het strand bereikbaar en dus ook die fantastisch hoge spierwitte duinen (Bilbunya Dunes) die we van verre zagen. Over het strand knorren we de fascinerende kilometers weg naar het lokkende witte zandbergen. 
G is helemaal los. Rijdt het duin op zover als het gaat met de te harde banden. Eerst lunchen we en dan klautert G (traditie!!!) naar het topje. 
Natuurlijk doet hij dat het liefst met TOY. Ik snap dat, maar ben van mening dat onze Oude Grande Dame nu maar niet te veel uitgedaagd moet worden. Schoorvoetend sluit G aan bij deze positie. 
Hij wordt een piepklein mannetje daar op die witte berg tegen een achtergrond van blauwe lucht met witte wolken. Het is een adembenemende omgeving. 
 
 
Vandaar rijden we 20 kilometer naar de plek waar de rotshelling de zee raakt. Bijzonder om die wand die we eerst op grote afstand en vervolgens steeds dichterbij zagen komen, hier terug te vinden als kustlijn. Een steile wand waartegen de golven schuimend kapot slaan. 
Terugploegen door het zand en dan verder op ons pad. Een kilometer of wat verderop moeten we naar boven, naar het plateau. Een sterke stijging is het. Rubbermatten op het spoor moeten voorkomen dat auto's zich ingraven. 
 
Op het plateau hebben we een zwaar eerste uur. Behalve dat het flink kronkelt, klappen weer heel wat takken tegen TOY. Op de rotsige ondergrond is het ook nog eens hevig hobbelen geblazen. Het schiet niet op. Het gebied is niet al te lang geleden verbrand. Boven de jonge frisgroene struiken steken de dode bomen als spoken af tegen de blauwe hemel. Gelukkig is het bos noordelijk nog in groene luister en wordt het pad ook een stuk beter. 
De Eyre HWY en een camping (met douche!) gaan we niet meer halen. Althans niet voor donker. 
 
In het bos vinden we een mooie vlakke en open plek. Kunnen we nog even van zon en daglicht profiteren. We eten een bivakvariant op de hutspot. Dat is, stukken aardappel, wortel en ui, gekookt in bouillonblokje met een stukje gedroogd vlees erbij. Niet gestampt. Heerlijk. Een van de volgende dagen gaan we de grens over naar SA (Southern Australia). En dan mogen we geen fruit en groente aan boord hebben. 
Hoewel er een totaal vuurverbod is, vinden we het verantwoord, want geen wind, om met het vele dode hout een mooi kampvuurtje te maken. Kunnen we vuilverbanden en mijmerend (over onze geweldige dagrit) in de vlammen kijken. Jammer en stom natuurlijk, dat ik een glazen flesje beet pak dat G het uit het vuur heeft gevist. Au! 
De (bijna-volle-)maan verlicht ons kampementje weer prachtig. Heerlijk slapen in deze grootste stilte. 
 
Donderdag, 28 februari 2013 - Kilometers (300) en Road Houses 
 
Na ons bosbivakontbijt gaan we weer op pad. Ons pad. Nog zo'n kleine veertig kilometers te gaan naar de Eyre HWY. Ook weer genoemd naar een van die mensen die eertijds op expeditie gingen en het continent open braken. 
Deze Highway, een tweebaans asfaltweg, verbindt (Kalgoorlie) Norseman (WA) met Port Augusta (SA). Een lang en leeg traject dat over de Nullarbor Plain loopt. De Nullarbor, dat is: nul bomen. Voorlopig zien we ze nog, de kale vlakte moet verderop nog komen. Vorig jaar zagen we noordelijker van hier al hoe dat er uit ziet. 
We komen dus vanaf ons pad op deze weg. Daardoor missen we 33 kilometer van het langste-wegtraject-ter-wereld-zonder-een-enkele-bocht. Honderdzesenveertig kaarsrechte kilometers! De Ozzies zijn er dol op. Records! En dit is er een, de langste bochtloze weg van de wereld dus! 
 
Bij Roadhouse Caiguna is het en te vroeg en te kaal is om de rest van de dag door te brengen. Hetzelfde vinden we van het 70 kilometer verderop gelegen Cocklebiddy. We kopen er een lunch en verder gaat het. Er zijn medeweggebruikers. Stevige auto's met caravans, campers en roadtrains. Niet in grote getalen, maar het is genoeg om de nodige dode kangoeroes op te leveren. 
Om vier uur installeren we ons met boomschaduw bij het Madura Roadhouse. Jawel, er is Telstra-signaal. Leuk om na een contactloos bestaan weer aan alle kanten te updaten. En er is die douche, waar we toch wel errug naar uitkeken! Schoon en wel eten we in het restaurant, voor we ons terugtrekken in het hoge bed. 
 
Vrijdag, 1 maart 2013 - Veel Kilometers (380), Nulla Arbors (0) en SA in 
 
Het aggregaat van het roadhouse heeft een goeie nacht gemaakt aan zijn luidruchtig geknor te horen. Wij, ik, ietsje minder. We worden prompt laat wakker. Tja, er is ook nog eens die tijd. Hier hanteert men een eigen kleine tijdszone. Drie kwartier telden we er gisteren bij. 
 
Koffie gezet, gebakken eitje in het restaurant en met de eigen koffie de poederkoffie ontweken. Vrolijk op weg. Vandaag veel rechte kilometers Nullarbor op de planning. regelmatig zijn er uitzichtpunten aan de oceaan en de rotswand. Het weer werkt niet erg mee. Zwaar bewolkt, harde wind en nu en dan spetters regen. 
Koffie onderweg, knus in de auto en bij Eucla (Roadhouse) eten we het laatste fruit op. De grens met SA nadert en die daar hebben een hekel aan fruitvliegjes. Vandaar. 
We ontmoeten er Dineke en Gerard. Beiden spreken heel goed Nederlands, terwijl ze als kinderen van 8 resp. 10 jaar naar hier emigreerderden. Ze wonen op Tasmanië en bekijken de schade die ze opliepen doordat een kangoeroe op het verkeerde moment overstak. Met hun woonadres op zak, zwaaien we ze uit. De 17e maart varen ze over. 
 
 
De grens. Natuurlijk! Eten we ons suf aan het fruit, is er zelfs niemand om ons door te wuiven. Een pad naar de lokkende duinen aan de oceaan vinden we niet. Het weer is ook nog steeds niet je dat. Door dus maar. 
Cruisecontrol, muziek aan en we laten de eindeloze vlakte aan ons voorbij trekken. We wilden ruimte! Nou die hebben we. Eerst zijn  er nog wat bomen en dan laag struikgewas in mosgroen, zilver, grauw. Totdat de vlakte gladgeschoren lijkt. En inderdaad, geen boom meer te bekennen. 
 
Tijdsverschil met Nederland is nu 9,5 uur. Contacttijd wordt een stuk beperkter. Bij Nullarbor Motel (Road House) pompen we rechtsvoor stevig op voor de nacht (was vanmorgen zo goed als leeg) en zoeken een plaatsje op de camping. In het restaurant treffen we Gerard & Dieneke. We leren elkaar een beetje beter kennen. 
Zo, heel goed wifi. En gratis. We vermaken ons een poosje voordat we ons slaapritme in de nieuwe tijd gaan wringen. 
 
Zaterdag, 2 maart 2013 - Ceduna en Opa Ruzzelt dat het Duizelt 
 
Met uitzicht op een golflink ontbijten we. Dit is een link in een nogal bijzondere golfbaan (zie ook: www.nullarborlinks.com). Het is "an 18 hole par 72 golf course" aan de Eye HWY lopend van Kalgoorlie/WA naar Ceduna/SA (of omgekeerd). En daarmee 's werelds langste, 1.365 kilometer, golfbaan. Bij de aan de weg gelegen Roadhouses en dorpjes zijn een of meerdere links te vinden. 
 
 
 
G spuit zout en leem onder TOY weg en verder gaat het op de Eyre HWY. Eerst is de vlakte nog kaal totdat de bomen zich weer aan de droge wereld wagen. Soms is er weer bosjes. Maar ook die moeten plaats maken. Voor graanvelden. Uitgestrekt dor-geel uitzicht. En nog steeds schapen die zich tegoed doen aan wat er overbleef na de oogst. 
Stop voor koffie en een lunch in Penong. Een soort van echt plaatsje is dit. Het dorpshotel is ruim 100 jaar en we eten er. Tja, dat zijn de onderbrekingen waar we het vandaag van moeten hebben. 
 
Vroeg in de middag bereiken we Ceduna. Officieel is dit het eind, of het begin natuurlijk, van de Nullarbor Plain, van de lange weg en van de Langste Golfbaan ter wereld. Bij Info kopen we een kampeerpermit voor de Googs Track die we maandag gaan rijden. 
Toeren rond en kiezen voor het Ceduna Caravan Park. Klein, vol, knus. Het treft, dat we zo vroeg zijn. Zo kunnen we dat ene plekje met volop boomschaduw tenminste de onze noemen. We zien anderen binnen komen en hun gedoetje opzetten. Heerlijk. 
Buren links hebben niet goed naar de zon gekeken en ze kruipen steeds dichter naar ons toe met de schaduw mee. Idem een andere buurman met wie ze een typisch Ozzie-gesprek voeren. Dat is met veel "uuuhhh"s erin. Die uuuhhh begint laag en maar gaat dan nog eens een heel eind de diepte in. 
We wonen in een jong dorp met een hotel van de gemeenschap. In de bistro eten we heerlijke garnalen en drinken witte wijn. En dat, terwijl we voor ons de zon in zee zien zakken. Lekker! Mooi! En dan wordt het ook nog heel gezellig, als we aanschuiven bij zes paren die een verjaardag vieren. Het blijken bevriende (ex) boeren te zijn. De een bezit de enorme tarwevelden die we langs onze route zagen. Nee, net niet zo groot als Nederland! De ander is oesterboer (oesters van Smokey Bay, de beste die er zijn). En weer een ander doet in schapen. 
G bij de dames en ik tussen de heren, wisselen we heel wat uit. Mijn agrarische achtergrond wordt zeer gewaardeerd. En, zowaar, ze willen ook van alles horen over Nederland. Onder zeeniveau? En hoe gaat dat dan als het regent? Polders, sloten, molens, pompen... Ze zien het voor zich. 
Hier heeft het sinds juli vorig jaar niet meer geregend. Als het goed is, gaat dat komen in april/mei. Als het goed is! Dan kan er weer gezaaid worden. We doen aan dry-farming, lachen ze. 
 
Thuis worden er stevige potten geRuzzeld met Mirre, Iza en Yara. Arme Opa wordt er helemaal zenuwachtig en dizzy van. En nog voor zij in NL aan de lunch toe zijn, duiken wij ons bedje in. 
 
Zondag, 3 maart 2013 - Daggie Camping Enzo 
 
Dat is: rustig opstaan en voor het ontbijt al aan de koffie zitten met Groningse Maria (als 6-jarige geëmigreerd) en Malcolm. G is opgewonden. Ze heeft speculaasjes! 
Dan boodschappen, reparatietje hier, plakkertje daar, uitsmijtertje... 
Na de middag komen de nieuwe verblijvers. O.a. een forse, zeg maar: kolossale, Ford met off-road caravan. Dit slaat alles wat we totnutoe zagen. Tuurlijk steekt G zijn licht op. Het geheel weegt 10 ton. Maar ja, dan is ook zo ongeveer alles aan boord wat je kunt bedenken en desnoods drie- of vierdubbel. Zoals daar zijn: 400 pk's, stroomaggregaat, bbq's, fietsen, een hond, een boot... Ze kunnen ze alle kanten op. Tenminste, als er voldoende ruimte is. 
 
 
We "doen" het roastbuffet in het restaurant met weer een fraaie sunset en uitzicht op de pier. Naast ons tafelt een familie, waarvan we de herkomst Roemeens of Bulgaars inschatten, op een nogal bizarre manier. "Thuis" mailen en internetten we voordat de muggen ons naar ons-bed-veilig-achter-gaas jagen. 
 
Maandag, 4 maart 2012 - Wel het Goog's Track en niet Lois Rocks 
 
De buren-voor-een-nacht vertrekken of zijn druk doende. Ook wij gaan. In het dorp handelen we zaken af. Gasfles vullen, inkopen, zandvlaggetje, verjaardagskaarten voor de meiden op de post en de oplossing voor de kapotte stoel gevonden. Dat is, G ging een beetje, heel beetje, ongelukkig met zijn hele gewicht op een uitstekend stukje buis hangen. En "krak" zei het alubuisje. Na een leerzame tournee langs het Cedunese bedrijfsleven schaft G voor een tientje een prachtige "China-made" raamzeem aan. De uitschuifbare steel is van alu en van de juiste maat.  
Zo, hehe, om half een rijden we het dorp uit en slaan we af op de gravelweg, die ons naar het noordelijk gelegen Goog's Track brengt. In de schaduw van een boom doen we ons bakkie. 
 
De weg wordt een zandpad. Hekkie van het (Yumbarra Conservation) park open en dicht en nog eens in de "dog fence". Een hek van het soort (rabbitproof, verminproof, enz.) die je met regelmaat tegen komt in Australië. Men probeer op deze manier (evenwichtverstorende) dieren buiten of binnen te houden. De aanpak wordt nogal eens ondersteund met vergiftigd aas. 
Of het hier iets mee te maken heeft, weten we niet, maar een paar honderd meter binnen het park liggen de resten van een vijftal kamelen! 
Ons pad leidt in de uren erna over de ene duinrichel na de andere. Is het zand in het begin nog wat gecorrugeerd (geribbeld), later wordt het zachter en dieper. De richels die we overgaan zijn tot elf meter hoog meldt de kaart. De zandvlag, op een meterslange stok zodat een tegenligger je van de andere kant van de duin kan zien aankomen, bevestigen we toch maar niet. Gedoe en we zijn hier errug op ons eentje! 
 
We zien de herdenkingstenen van Vader (Goog) en Zoon Denton. Vanaf de noordgrens van hun boerderij legden ze dit pad aan. Later in de middag maken we een ommetje naar Mount Finke. Hier maken de meeste mensen bivak. Voor ons is het nog te vroeg, maar vooral te heet. Ondertussen zijn er minder bomen en kleinere struiken en geslonken graspollen. De oranjegele zandvloer gaat het winnen van de begroeiing. Een heus woestijngevoel begint zich op te dringen. Nog eens versterkt door de fors opgelopen temperatuur nu we van zee-af en binnenlands rijden. De hele dag is het 36 graden. En drukkend. Buiten de auto worden we onmiddellijk belaagd door vliegen en door gemeen stekende minimugjes. 
Dat is ook het geval als we om zes uur nog net in het park (inmiddels het Yellabinna Wilderness Protection Area) kamp maken. Om eten te koken, vlucht ik binnen. G zit met de huid bedekt en vliegennet op de kop buiten zich erg stil te houden. 
 
En... we ontdekken, dat midden in de hoefijzervormige route van deze dagen "Lois Rocks" liggen! 
 
Maar we eten heerlijk een verse maaltijd met alles drop en dran met een glaasje. En daarna doen we iets wat we nog nooit gedaan hebben. Terwijl ik achter in TOY afwas en ruim, zit G in de cabine en laten we de motor én de airco lopen. Pfffft, zo is het te doen. Lang kunnen we niet buiten zijn en ten volle genieten van de schitterende sterrenkoepel van horizon naar horizon. Adembenemend. 
Bedtijd! Enkele binnendringers schakelen we uit en de koolbrander doet de rest. Een onrustige en warme nacht volgt. 
 
Dinsdag, 5 maart 2013 - Hilluk Hilluk en een Wens die Uitkomt 
 
Voordat vlieg en mug ons het ochtendleven al te lastig maken, hebben we ontbeten en rijden we weg van ons broeierige bivak. Er volgen heerlijke zachtzandkilometers met prachtige op- en neergangen. Dan wordt het vlakker. En jawel, we beleven het. Een mede trackgebruiker komt ons tegemoet. Twee mannen informeren hoe lang we over het pad gedaan hebben. Met een "safe travels" verdwijnen we weer uit elkaars wereld. 
 
We bereiken de Trans Acces Road. Het is de lange lange oost-west weg die de Trans Australian Railway volgt. Maanden geleden reden we ook over de weg, maar dan een heel eind westelijker. Nu doen we het tegengesteld. Het lange middendeel is niet toegankelijk voor publiek. Misschien omdat de weg ook de zuidgrens vormt van het Woomera-gebied. In de 40er 50er jaren bouwde Defensie in deze afgelegenheid raketten en hield kernproeven. Er zou nog steeds nucleaire vervuiling zijn.  
De weg is breed en heel goed. We zoeven voort in gezelschap van de spoorlijn. Net op tijd staan we in de aanslag om de tegemoetkomende trein te fotograferen en te filmen. En natuurlijk toetert de machinist. Bij de lunchpauze, pal aan de lijn, komt een trein uit de andere richting. Weer getoeter en het wuiven. Leuk is dit! 
 
 
We passeren een spookstadje. Verlaten nadat de mijnen werden gesloten. Het blijft ons verbazen, dat hier zo ver van de bewoonde wereld zonder enige bestemming een weg ligt die zo fantastisch goed is. 
In Kingoonya, nog net geen spookstadje gezien een veranda met drie vier Aboriginees die volstrekt niet geïnteresseerd zijn in ons, tanken we. Een belevenis op zich. Een volkomen geautomatiseerde pomp in de middle-of-nowhere. Dat is: kaart inlezen, aangeven debet of credit, pompnummer en bedrag invoeren en dan tappen. Dat verwacht je niet in dit verafgelegen samenraapsel van vervallen huizen. Tja... 
 
We buigen af naar het zuiden op een brede en goede dirtroad. Het is een landschap van (zout-) meertjes en enorme boerenbedrijven. We passeren "grids", roosters die het vee op de juiste plek moeten houden. Afgezien van een kleine kudde schapen zien we niets. Tot een boerderij die vlakbij de weg ligt. Een enorme kudde schapen is er verzameld. Als makke schapen is een groot deel al op een veewagen geladen. Blijkbaar is het schapen"oogst"-tijd. Vandaar de lege vlakten. 
Bij de afslag richting Iron Knob legt een plaquette uit, dat dit een van de (15) vele stockroutes (routes die men met het vee volgde naar andere weidegronden en vleesverwerkers) en hoe men aan water kwam. 
Afijn, we rijden heerlijk over de mooi slingerende weg door een woestijnlandschap. Karige begroeiing en oranje zand. Steeds heuvelachtiger wordt het ook en tussendoor zien we flarden van het enorme zoutmeer, Lake Gairdner, dat ook de naam is van het Nationale Park. We genieten. Ook van de luchten. 
 
 
In het helle blauw zijn er, aanvankelijk kleine, lammetjeswolken die, omdat je zover kunt kijken, als een lage koepel over ons heen staan. Onderkant in de schaduw, de bovenkant prachtig hel. Voor ons zien we hoe ze, nee niet samenpakken, maar meer een soort van in elkaar opgaan. Toch, uiteindelijk vormen ze een front. Een dreigend front. Schitterend. In het westen is het nog steeds blauw met de schapenwolkjes. Maar in het oosten reiken sluiers vanuit de wolken naar de aarde. Naderende buien dus. Eind van de middag rijden we er eindelijk een binnen. Het klettert op de ruiten en heerlijk is de wetenschap dat het ook zal afkoelen. 
 
Vanmorgen wenste ik onszelf eind van de middag én 'n stortbui én ´n mooie bivakplek. Niet noodzakelijk in deze volgorde. En zie, ik word om mijn wenken bediend. Achter een paar heuvels staan we tussen prachtige oude knokige bomen. Er is ruim uitzicht, afkoeling en een briesje... 
Dan ook nog een wijntje, lekker eten, nauwelijks muggen, vliegen die verdwijnen met de zon, een oranje zonsondergang, weer een prachtige sterrenhemel, een enorme stilte en een verfrissende bushdouche. Zo, en of dat lekker slaapt!  
 
Woensdag, 6 maart 2013 - Eindeloze Ruimte 
 
Nog 150 kilometer te gaan naar Iron Knob waar we de Eyre HWY weer bereiken. Als we wegrijden steken net voor ons een Emu- én een kangoeroefamilie over. Over timing gesproken...  
We genieten van de gravelweg, die nog steeds heel zoef-fähig is en van het landschap. Het is open, heuvelachtig (oude versleten vulkanische bergen), hier en daar boompjes en doorlopend het rode zand. Woestijn dus.  
Het gebied is verdeeld in enorme boerenbedrijven. Dat is te merken aan de "grids", wildroosters, of eigenlijk veeroosters. Bij de overgang van het ene bedrijf naar het andere staat de naam van de boerderij. Op onze kaarten zien we waar de homestead, het boerenhuis met de bedrijfsgebouwen zich bevinden.
De koffiepauze houden we op een heuveltje in een flauwe bocht. Tja, zo zie je geen enkele auto en dan ineens is daar een grote vrachtwagen. De chauffeur laat ons weten dat hij niet blij is, dat hij voor ons moet afremmen. 
 
 
 
Vanaf Iron Knob, een grote mijn, zijn er nog 60 kilometer te gaan naar Port Augusta. Om half een parkeren we bij het Outback museum. We eten er iets, voor we de lange reis van het Pleistoceen naar het hier en nu gaan maken. Een prettig en informatief museum. Vooral de videoanimaties laten prachtig zien hoe de geologische geboorte van het continent verliep. 
 
Om vier uur staan we geïnstalleerd op de BIG4-camping. Langzaam stromen vakantiegangers binnen. Onze buren zijn Duitsers met een huurcamper. G heeft binnen de kortste keren een cognacje te pakken. 
Dan ook wordt de reparatie van de stoel ferm ter hand genomen. Nee, het is niet dat borreltje, maar het wordt niks. De alubuis van de ramenzemer is te dun. Dat vraagt om een nieuwe jacht naar de juiste spullen. 
Eten, wijntje, skypen met een viertal zandhazen in Erfoud, die van plan zijn een zogenaamd "strepie" op de duinen daar te gaan zetten. Het internet wordt zonder pardon gebruikt om mensen aan de andere kant van de wereld jaloers te maken op mooie echte zandhoopjes!!! Grrr ... 
Douchen, heel lekker douchen, en naar bed! Wel weer even wennen. Een snurkje hier, verkeersgedruis daar en licht, kunstlicht welteverstaan... 
 
Donderdag, 7 maart 2013 - Adelaide 
 
Driehonderd kilometer rijden we over de A1 van Port Augusta naar Adelaide. Het eerste stuk geven  de zuidelijke uitlopers van de Flinders Ranges het landschap nog enig reliëf. Geleidelijk gaan ze op in de golvende vlakte. Gladgeschoren graanvelden, blauwe lucht met schapenwolkjes en de twee-, soms drie- baansweg is drie uur lang ons uitzicht. Het is weer zweterig heet vandaag. In onze geaircode TOY is het zo wel uit te houden. Zelfs voor het koffie-uurtje stoppen we niet. Dat doen we al rijdend. 
 
In Adelaide vinden we de stadscamping te benauwd. We doen onze eigen stadstoer en lunchen. Vanaf het terras van een Grieks restaurant zien we de gezellige winkelstraat aan. 
En prima eten, maar te veel. Dus vraag ik om een "doggy bag", per slot is het mooi vlees dat nog ruim over is. Morgen kunnen we het vast ergens in verwerken. De ober, een mager Griekkie, verontschuldigt zich. Hij is zeer bereid een bakje te halen. Maar hij kan het er niet in doen, want het restaurant "is not licensed for take-away"! Uhhh? We liggen in een deuk. SA heeft veel, heel veel regeltjes. Dit is er een van. Tuurlijk willen we niet, dat de ober in overtreding is en we doen het vlees zelf in het bakje. 
 
De stad is open en ruim met veel groen. De North Terrace bevalt ons het best. Mooie oude gebouwen van de Universiteit en musea. 
We zoeken lucht, of eigenlijk meer luchtbeweging. Naar de kust dus. De voorsteden van Adelaide reiken tot daar en er is een grote BIG4-camping. We vinden er schaduw en het strand-bij-de-hand. G herstelt de stoel (waar een houten bezemsteel en een helder moment al niet goed voor zijn), we wandelen langs het strand, zwemmen in zee, in het zwembad en staan onder de douche. Zo, dat koelt goed af! 
Voor we het weten is het etenstijd. De camping heeft een "meal"-mogelijkheid. Jammer, maar vandaag ff geen eten, een grote groep heeft gereserveerd. Dus wandelen we naar de aangegeven plek, waar restaurantjes zouden zijn. 
En laten we daar nu de Italiaan treffen, die we onszelf eigenlijk voor vandaag hadden toegewenst. Het eten is groots, het bedienende meisje fatanstisch (lief! mooi! gezellig! een Bosnische, in Kroatië geboren, familie naar Duitsland gevlucht en als driejarige in Australië gekomen). Heerlijk terrasje en er zijn zelfs voorbijgangers te monsteren.
 
Behalve het eten-zelf is een ander hoogtepunt de aankomst van een viertal fietsende behoorlijk bejaarde setjes. De zon is al ruim onder als ze soepel komen aangefietst op fietsen die een kruising zijn tussen een ATB- en wielrennerskarretjes. So far, so good! Maar dan... Als ze afstappen, ben je geneigd om als de wiedeweerga een rollator te zoeken. Moeizaam lopend en kromgetrokken van de last der jaren. Als de helm af gaat schemert bij de dames de schedel door de grijze haartjes... Geweldig, allemaal ver, heel ver, boven de zeventig en daar zitten ze in hun heftig bedrukte wielrennersoutfit, tot en met de schoentjes aan toe. Geweldig!! 
 
Thuis is het internettijd. Speciaal met Marokko wordt de strepie-zet-ervaring uitgewisseld. In teksten, foto's en video! Beetje opgewonden gaan zij verder met hun zonnige, nou ja, dag en wij met de nacht. 
 
Vrijdag, 8 maart 2013 - Doodlopend Pad en van SA naar Victoria 
 
Zuidwestelijk gaan we in eerste instantie over kleinere routes. Rustig heuvelachtig landschap. Graanvelden zijn er en in de dalen wijngaarden. We zijn op weg naar Goolwa. Vanaf Hindmarsh Island zien we (op kaart) een interessant track over een smalle landtong tussen Lake Alexandrina en het Younghusband Peninsula. 
In Goolwa eten we een broodje. Op naar het track. Helaas stuiten we op een elektrisch aangedreven hek. Als voormalig hekkenfabrikant weet G als geen ander, dat daarmee niet te rommelen valt. Jammer. Gezien de borden heeft de commercie zich het pad toegeeigend. 
 
Terug dus en dan maar op naar een snelle route richting Melbourne. Dat is de Princes HWY. Eindeloze goudgele graanvelden-na-de-oogst met geeldoorbrekende bomen en bosjes zijn nog steeds ons deel. Maar we vervelen ons niet. Al was het alleen maar vanwege het verkeer. Want er zijn redelijk wat medeweggebruikers op deze belangrijke verbinding tussen de twee staatshoofdsteden. (Adelaide/SA en Melbourne/Vic). Het gebruikelijke caravan- en campergebeuren is er, maar vooral veel vrachtwagens. Van die glimmende grote lange dingen. Ondertussen "doen" we weer een flink deel van onze muziekbibliotheek. 
 
 
We passeren de grens naar Victoria en tellen er een half uur bij. Tien uur verschil met NL nu. 
Rond half zes bevalt het kleine campinkje in Nhill, beheerd door Louise, ons zeer. Er is een zwembadje, een bak fris, zeg maar ijskoud, water via een trapje te bereiken. De cooldown is totaal. Eten een rijstmaaltijd, drinken een wijntje en horen Louises levensverhaal aan. Tot vrij laat komt kampeervolk binnengerold. 
Onder andere een ouder echtpaar. Helemaal van streek zijn ze. Op hun eerste trip met caravan is het mis gegaan. Caravan rolde na een tegenliggende vrachtwagen de berm in en trok de auto mee. Oeps! In donker rijden is niet echt een goed idee. Want de vrachtjongens, de Kings of the Road, gaan echt wel door! 
Naast de camping is een groot terrein, afgeschermd door enorme geluidsmuren. Hier ruilen de chauffeurs (uit Adelaide en Melbourne) hun vrachten. Dat is, hun opleggers. Ze eten en rusten er en gaan terug met een andere oplegger met nieuwe vracht.  
Tegen twaalven vinden we de temp oké genoeg om te gaan slapen. Zo ist maar net! 
 
Zaterdag, 9 maart 2013 - Via de Grampians naar Dame Baai 
 
Bijzonder! We eindigen de nacht weer eens onder het dons. Heerlijk afgekoeld dus. Iedereen is al weg als wij opstaan. Maar dit is ons favoriete kampeermoment. De ochtenduurtjes. 
De weg vervolgt, maar wij slaan af naar Het Grampians NP. In het vlakke land schiet hier zomaarin een zootje spitse rotsbergen uit de grond. Maar, door de bomen zien we eigenlijk niet veel. Bomen natuurlijk en hele dichte begroeiing. Pas als we het park uitrijden, zien we de spitse en grillige rotsvormen, waar het hier allemaal om gaat. 
Lunchen in een bosrestaurant met een hoog Lage-Vuursche-gehalte. We bewonderen een grote groep Mazda X5's. En herkennen de blijdschap van een groepje verstandelijk gehandicapte mensen die er een dagje uit zijn. 
 
We kronkelen het park weer uit om zuidelijk de graanvelden terug te vinden. Bij Warrnampool aan de kust doen we boodschappen voor we nog net een plekje op de overvolle camping kunnen veroveren. Vol is het en dat moet vrij letterlijk worden opgevat. Gezinnen en groepen die een lang weekend samen uit kamperen zijn. Maandag is Labourday en dan is iedereen vrij (!). Voor het eerst beleven we een rij wachtenden voor de douche. En, het moet gezegd, zoveel mensen maken ook een hoop troep. Maar achter de duintjes ligt de fraaie Lady Bay met woeste omrollers. Ons park heet niet voor niets Surfside Holiday Park. 
Zo, lekker vers koken, wijntje en het spelende grut aanzien. Weldadig vinden we het, een koele avond. En dan kruipen we weer, letterlijk, onder de wol. Geen helse vrachtwagens, of treinen, alleen het vage geruis van onze Dame Baai is te horen. 
 
Zondag, 10 maart 2012 - Great op de Great Ocean Road 
 
Het is bewolkt en dat drukt de temperatuur behoorlijk. Halverwege de ochtend bereiken we de Great Ocean Road, misschien wel de beroemdste weg in Australië. Die slingert langs de klifkust. De "Twaalf Apostelen" is, gezien de enorme massa mensen daar, veruit het populairste uitkijkpunt. 
Bij het eerste viewpoint drinken we koffie en kijken we uit langs de rotswanden. Die lijken zachter door de dampige atmosfeer. 
We ontmoeten er twee (mooie!) Italiaanse jongens. Niet alleen Australië is gespreksonderwerp, maar natuurlijk ook Berlusconi en de Italiaanse ("alles is maffia"-) politiek in het algemeen.  
Heerlijke tocht met een off road-ommetje over de "Old Ocean Road". en later dieper in het binnenland door het prachtige bos van het Otway NP. Over een smal kronkelend weggetje klimmen we een paar honderd meter. Hoge hele hoge bomen en enorm grote varens. Genieten. 
 
 
Terug aan de kust vinden we iedere camping over- over- en overvol. In Lorne besluiten we eerst een terrasje en een drankje te nemen. Dan bellen, beeldskypen we met de verjaardagvierende Joey, en met Zoë. Ze vinden vooral de zee op de achtergrond prachtig. 
Het eten is heerlijk en ook de sfeer. De dame die ons bedient, is een Zuid Afrikaanse. Ze vindt het geweldig, dat we kunnen communiceren in het Afrikaans en Nederlands. Als klap op de vuurpijl is er livemuziek. Rock-blues van het rauwere soort. 
 
Het is tegen twaalven als we TOY neerzetten tussen een aantal andere campers op een P-plek aan zee. Tuurlijk hebben we het verbodsbordje gezien, maar als er één schaap over de dam is... Ofwel, als er een camper geparkeerd staat...! Het slaapt er prima. 
 
Maandag, 11 maart 2013 - Slaap-Boete en Thuis op Barwon Heads 
 
Het is half acht, ik tik dit verslag. Er wordt geklopt op de klep. Een vertegenwoordiger van de lokale overheid meldt zich. Hij komt ons bestraffen voor de overtreding die we hier slapend en wel hebben begaan. Geen enkel verweer is afdoende en niets kan hem tot een glimlach bewegen. Niet geslapen maar de hele nacht gevreeën, laat, drank op, bordje niet gezien, alles vol...  Een bon van $ 120 is en blijft ons deel. Kan niet vandaag betaald worden. Labourday, weet-je-wel! We'll see! We troosten onszelf met een ontbijtje en verse koffie aan de boulevard. 
 
Toerend over de GOR (Great Ocean Road) bereiken we om half elf Torquay. Ook hier is het akelig druk. Op straat en op de campings. Op naar Ocean Grove, meer precies Barwon Heads op het Bellarine Schiereiland.  
Dit is, wat we zochten. Een mooie plek op een goede camping met een aardige en persoonlijke benadering, prachtig uitzicht op de uitmonding van de (Barwon-) rivier in de oceaan, schaduw, strand bijdehand en het dorp met voorzieningen op loopafstand. We lunchen een heerlijke salade en doen boodschappen voor we ons installeren. 
 
Zo, hier houden we het wel een paar dagen uit. Er is het gebruikelijke hangmatten, lezen, internetten, (Canadese) burenbabbels, in de verte staren en de website-update voorbereiden. En oh ja, we boeken de veerboot naar Tasmanië voor zondag (17 maart), drie weken later varen we terug. 
We borrelen en praten zo lang met twee buurstellen, dat we om half negen alleen nog een (stevige) soep eten. Een zwoele avond is het zoals we die niet eerder beleefden. Dat is, niet alleen zwoel, maar ook een volstrekte afwezigheid van lastveroorzakend ongedierte. Tegen twaalven klauteren we, gedoucht en wel, onder ons schuine dak. Het geklots van golven deint ons in slaap. 
 
Maandag, 11 t/m zaterdag, 16 maart 2013 - Vakantie-Werkdagen 
 
We genieten van de rust en de ruimte na alle drukte eerder aan de kust. Vanaf onze plek op Barwon Heads Caravan Park kijken we ruim uit over oceaan, rivier en brug. Aan de overkant ligt Ocean Grove. Via een boardwalk zijn we in een wip bij een heerlijk restaurant (at the Heads) aan het water. Zo...!  En in het dorp ontdekken we Annie's, een combinatie van winkel en restaurant van heerlijke Italiaanse producten.
 
Na de hitte van dinsdag duikelt de temperatuur. Het is lekker werken in de kampkeuken, die heel goed geoutilleerd (incl. serviesgoed) is en kraakhelder. Er is tv en aanloop. Buren komen en gaan. 
We doen, wat we gewend zijn op Werk-Vakantiedagen. Website-update-werk, betalingen, interactieve spelletjes met het thuisfront, e-mailen, poedelen in de rivier, was'draaien, ruimen, herstellen, kletsen, wandelen, lezen, terrasje(s).... 
 
Zondag, 17 maart 2013 - Dat was Victoria Voorlopig
 
Zo, wat een nacht beleefden we. Het stormde! TOY deinde in de windvlagen, de oceaan donderde en het zeil van ons slaapverblijf klapperde. Nee, van slapen kwam niet veel terecht. En na het opstaan zijn we blij met koffie. 
In Ocean Grove kopen we tabletjes tegen zeeziekte. Lijkt ons geen luxe. Aan het loket voor de ferry in Queenscliff blijkt dat dat kleine stukkie overvaren 70 dollar kost. Te gek, vinden we, dan doen we het rondje om de Port Phillip lagune maar niet. Terug en dan richting Geelong.
 
Rond de middag zitten we met heerlijk uitzicht op de lagune en de bedrijvigheid aan een lekker Frans happie eten. De eigenaar is Frans, de Chef is het ook en net als de jonge backpacker die ons bedient. Hehe, lekker om weer eens de mond in standje Frans te zetten.
 
Via de A1 rijden we in één rechte lijn naar de haven van Melbourne. We sturen berichten naar een ziek en een blij-verdrietig kleinkid en doen een tukkie.
 
 
Een vlotte inschepingsprocedure volgt. Efficiente, snelle, aardige mensen. Nee, geen fruit enzo aan boord. Wel dus, maar dat zien we later wel. Onze gasfles moeten we afgeven. Krijgen we aan de overkant terug. Via camera's worden de kentekens gecheckt en dus of je een (e-)ticket hebt. Moderne technologie in OZ!  Eenmaal gesetteld aan boord bespreken we een tafeltje in het restaurant en speuren naar Dineke & Gerard, en Sue & Paul.
 
Een half uur voor de geplande vertrektijd zet de Spirit of Tasmania I zich in beweging. Melbourne licht prachtig op in de dalende zon die nog net door de wolken weet heen te piepen. Met een boog varen we om een giga-cruiseschip heen over het kalme binnenmeer richting uitgang, naar de oceaan.
 
Op weg weg naar onze hut  (na een voortreffelijk happie eten) lopen we Paul & Sue alsnog tegen het lijf. Even bijkleppen en de plannen uitgewisseld. We zijn bekaf na de slechte voorgaande nacht.
Prima hut, goed bed, rustige zee. Inslapen gaat vlot, maar zodra we op open zee zijn, worden we zowel op en neer als heen en weer gedeind. Oeps, gelukkig werken de pilletjes, maar echt goed slapen.... Nee dat niet...